Een persoonlijke reflectie op de tweedaagse online conferentie van Stichting Katholiek Onderwijs St. Maarten ‘Building Relationships between Educators and Students’.

 

Een persoonlijke reflectie op de tweedaagse online conferentie van Stichting Katholiek Onderwijs St. Maarten ‘Building Relationships between Educators and Students’.

 Door Ria Uiterloo

5 april 2022

 

Sommige ervaringen vormen je voor het leven. Als 11-jarige startte ik op een grote school. Een medeklasgenote had honger en nam discreet een hap van haar boterham. De lerares Frans reageerde fel op de situatie: "Wat doe je? Wie eet er nou tijdens de les? Je hebt geen manieren! Je bent een varken, je moeder is een dweil en je vader is een vaatdoek!” De hele klas draaide zich om naar mijn klasgenote. Zij was geschokt en verdrietig en wij ook. Je kon een speld horen vallen. Niemand sprak na dat incident nog tijdens de les. We troostten onze klasgenote de rest van de dag.

 

De recente conferentie bracht trieste episodes uit mijn middelbare schoolleven terug. Simone Mark, ecologisch pedagoge en mede-oprichtster van Centrum Pedagogisch Contact in Nederland, presenteerde Pedagogisch contact en de cirkel van hechting. Het belang van de opvoeder die zich aanpast aan de behoeften van het kind is essentieel in het werken met kinderen. Het is de rol van de opvoeder om een veilige basis te creëren voor het kind.

 Volgens Simone Mark is de rol van een opvoeder om het kind te beschermen, te troosten van het het kind, te genieten en het te helpen zijn/haar gevoelens te ordenen (zie figuur). Als opvoeder, zegt ze, ben je groter, sterker, wijzer en vriendelijk. Ze benadrukt de noodzaak om de behoeften van het kind te volgen, ze te benoemen als dat mogelijk is, en leiding te geven als dat nodig is.

 Figuur 1

 

Tijdens de conferentie dacht ik terug aan mijn vroegere schooltijd, die warm en fijn was tijdens het lager onderwijs. Toen ik met mijn collega’s hierover sprak, kwam mijn eerste ervaring met het secundair onderwijs naar boven. Die was triest en zelfs traumatisch. Het incident met de etende klasgenote en de reactie van de lerares daarop is me bijgebleven. Het zelfbeeld van mijn klasgenote werd geschaad.

 

Leerkrachten maken het verschil

Mijn vroege ervaringen hebben mij aangezet tot een dagelijkse reflectie over mijn rol als pedagoog, mens en de invloed en impact op een ander leven. School hoort een veilige plek te zijn. Door die ervaring liep ik op mijn tenen om elke vorm van verlegenheid of belediging door volwassenen te voorkomen. School moet leuk zijn, als men beseft dat de school moet onderwijzen en ervaringen moet geven om bij kinderen eigenwaarde en een hoog gevoel van eigenwaarde op te bouwen.

 

Tijdens onze jaren in het middelbaar onderwijs ontweek de hele klas de toorn van deze lerares, die zich onberispelijk kleedde en fier met haar hoofd omhoog door de school liep. Ik werd het slachtoffer van haar toorn toen ik tijdens de biologieles in de derde klas probeerde haar aantekeningen bij te houden. Terwijl ik wat aantekeningen van mijn vriend aan het kopiëren was om er zeker van te zijn dat ik alle studie-info had, hoorde ik plotseling: "Meisje, ik zal je beledigen, ik zal je beledigen zodat de grond opensplijt en je verdwijnt". Ik ben ervan overtuigd dat ze nooit besefte dat ik op dat moment wilde verdwijnen.

Leerkrachten zeggen veel tegen kinderen zonder zich bewust te zijn van de invloed en de impact die dit op hen kan hebben.

Woorden hebben macht. Dus moeten we onze overtuigingen en ons gedrag vorm geven en “creatief worden, het goede creëren”.

De drie pedagogen: de omgeving, de leraar en het kind creëren de wereld van het kind. Via de confrontaties met leraren op middelbare scholen, werd mijn wereld gecreëerd. De rol die sommige leerkrachten in mijn leven hebben gespeeld, heeft niet bijgedragen tot waarden van vertrouwen en zelfvertrouwen. 

 

Dit besef inspireert mij om te spreken en anderen aan positieve bewoordingen bloot te stellen. De woorden van deze leraar hebben mij als tiener echt geraakt. Ik had het geluk geweldige ouders en grootouders te hebben, die zeer beschermend waren en bijdroegen aan mijn zelfbeeld. Ik vermeed verdere beledigingen van deze lerares en het kostte me veel tijd om haar te vergeven. Tegelijkertijd maakte zij deel uit van een groep van vele leraren die dachten dat beledigingen ons zouden uitdagen om te leren en te wedijveren om de hoogste cijfers of resultaten te halen. Zij aarzelden niet om te zeggen dat hun aanpak die van hun opvoeding op school was en henzelf uitdaagde om succesvol te worden in hun studie. Met andere woorden: zij wisten niet beter.

 

Natuurlijk waren er ook buitengewone leraren op de middelbare school die ‘echt’ waren en die ons erkenden. Zij benaderden ons als individuen en boden ons een veilige omgeving om te leren, te onderzoeken en onszelf uit te dagen in de jaren 60 en 70. Zij waren op die manier invloedrijk in het ons toestaan om te denken, te voelen en dingen uit te zoeken onder hun begeleiding. De ruimte die we kregen, gaf ons verantwoordelijkheid en stelde ons in staat om autonome studenten te worden door te leren en ons te ontwikkelen tot jonge mensen met zelfvertrouwen en een hoog gevoel van eigenwaarde. Je mocht fouten maken en kreeg de kans om je fouten te corrigeren met de juiste begeleiding en reflectieve vraagstelling.

 

Bouwen aan het gevoel van eigenwaarde bij kinderen

 


Bastian Goedhart heeft in zijn masterclass ‘Pedagogiek in lichamelijke opvoeding en spel (een kernelement)’ gewezen op het belang van het opbouwen van gevoel van eigenwaarde bij leerlingen. Hij plaatst Lichamelijke Opvoeding en Spel in relatie tot onder andere motivatie, zelfvertrouwen en zelfbeeld en benadrukt daarbij de rol en de taak van de leerkracht.

 Terugkijkend op mijn jeugd, mijn middelbare schooltijd, zou ik graag een dialoog hebben gehad met de leraren van die tijd en hebben benadrukt hoe zelfvertrouwen samenhangt met zelfbeeld. Ik denk dat hun aanpak deel uitmaakte van hun opvoeding tijdens de nadagen van de koloniale tijd, waar koloniale straffen en spot je tot een individu zouden maken dat op elk moment gehoorzaam is aan elke volwassene.

 

Ik denk dat wij, als leraren, meer vertrouwen in kinderen moeten kweken door hun verantwoordelijkheden te geven om dingen/situaties uit te zoeken. Tweeënvijftig jaar geleden werd mijn klasgenootje dat discreet een hap van haar boterham nam, onnodig buitengesloten door de negatieve aandacht die haar werd gegeven.

 

In de presentatie ‘Weten wat je moet doen als je niet weet wat je moet doen...’ van Marcel van Herpen kregen de deelnemers de gelegenheid om na te denken over Pedagogische tact, die het best omschreven kan worden als het goede doen op het juiste moment, ook in de ogen van de kinderen.

In de inhoud van de presentatie werd ingegaan op het belang van de basisbehoefte van een kind. Dat is ‘een goede relatie ontwikkelen’. Alleen in die relatie, wanneer je je gezien en geaccepteerd voelt, kun je copingsvaardigheden ontwikkelen om met de ervaringen van het leven om te gaan.

Het ontwikkelen van autonomie is ook een basisbehoefte waarbij een kind altijd uitgedaagd kan en zal worden en in staat is om een gemaakte fout te corrigeren.  De lerares Frans/Biologie had een probleem of dilemma. We mochten niet eten in de klas. Ze had stilletjes naar mijn klasgenootje kunnen lopen en de afspraak kunnen doorgeven of haar aan de regel kunnen herinneren. Een leerkracht die verbonden is met kinderen en een goede relatie heeft, zou een dialoog met het kind aangaan. Hoe zou die eruit moeten zien en klinken? Denk na over deze vraag als opvoeder.

 

Geef het terug aan de kinderen

Marcel van Herpen die pedagogische projecten in en buiten Nederland begeleidt, laat ons nadenken over hoe we om kunnen gaan met dilemma’s. Want werken met kinderen betekent dat je voor verrassende dingen komt te staan en dat je soms niet weet wat te doen. Marcel van Herpen adviseert: "Geef je dilemma terug aan de kinderen. Vertel de kinderen wat je dilemma is; vraag hen bovendien wat zij denken dat we kunnen doen. Bijvoorbeeld: Ik heb een dilemma. Ik wil lesgeven en iemand wil tijdens de les eten. Wat moet ik doen? Wat zou jij doen?

 

In de sessie benadrukt hij: “Een probleem is een vraag die je kunt oplossen (materie/zaken).

Een dilemma is een spanningsveld waarin twee dingen om voorrang vragen".

Marcel vervolgt "De eerste leidraad is:

Als je niet weet wat je moet doen (met kinderen), is er nooit sprake van een probleem, maar altijd van een dilemma.

Geef dat dilemma terug aan de kinderen en vraag hoe zij er mee om kunnen gaan".

 

Onlangs kreeg ik een geweldig inzicht tijdens een bijeenkomst met ouders en leden van een school. Een van de discussies tijdens de bijeenkomst ging over: Kunnen ouders klasgenoten van hun kind aanspreken na een conflict tussen kinderen? Gevoelens en gekwetstheid van beide ouders kwamen tijdens de bijeenkomst naar boven toen ze geconfronteerd werden met de opdracht om in de schoenen van het kind en van de ander te gaan staan. Perceptie kwam aan de orde, intuïtie kwam ter sprake; wat doe je als je geconfronteerd wordt met een conflict van twee kinderen waarbij één van de leerlingen jouw kind is? Het was een lange bijeenkomst en uiteindelijk stelden de ouders, na elkaar verontschuldigingen te hebben aangeboden, voor om als gezin met hun kinderen op stap te gaan, om een relatie op te bouwen.  Na de vergadering met de ouders kreeg ik een beschrijving van een van de leerlingen: "Het kind heeft een laag zelfbeeld, ze is bij een psycholoog, ze wordt gepest, we hebben pestsessies gehad met een maatschappelijk werker, maar de situatie is niet verbeterd". Ik herinnerde de schoolleiding aan een invloedrijke leraar en filosoof.

                                           Mr. Kanamori

 Mr. Toshiro Kanamori uit de documentaire ‘Children Full of life’ waarin levenslessen als teamwork, burgerschap, het belang van openheid en de schade van pesten worden gebruikt om gevoelens te verwerken en te begrijpen. Zijn levensles: ‘Als één persoon niet gelukkig is, is niemand gelukkig’. De school heeft de opdracht om één of meer lessen met kinderen voor te bereiden, door samen naar de documentaire te kijken. De voorbereiding, die ik heb geadviseerd, is terug te gaan naar de presentatie van de conferentie ‘Weten wat je moet doen als je niet weet wat je moet doen’ en de sessie met kinderen voor te bereiden. Ik ben enthousiast over de ervaring van de studenten. Het dilemma is aan hen.  Kunnen ze het zelf of niet? Wat geloven de leerkrachten?

Ik denk dat deze sessie en de opdracht momenten van reflectie hebben gewekt en teams van scholen waren enthousiast om het proces te starten met het oefenen en brainstormen over de fundamentele boodschap van deze conferentie ‘Relaties opbouwen’.

Begrijpen en begeleiden van begaafde leerlingen

De presentatie van Bjorna Appel ‘Begrijpen en begeleiden van begaafde leerlingen’ vraagt een zelfde aanpak van relaties opbouwen, zien, kennen, observeren en begrijpen van een individu. Het komt erop neer dat een opvoeder de pedagogie van Tact en Contact alleen kan begrijpen als hij begrijpt en  hoe belangrijk het is om tegemoet te komen aan de basis- of psychologische behoeften van een kind onder zijn hoede. Dit is belangrijk om de betrokkenheid bij het leren te vergroten.



Kinderen moeten een stem krijgen om te zeggen wat ze willen leren, wat gelijk staat met effectief of diepgaand leren. Van hen wordt verwacht dat zij het recht hebben om hun eigen interesses met betrekking tot het leren kenbaar te maken. Het hebben van een stem en betrokkenheid bij hun eigen leren is een steeds belangrijker aspect van onderwijs en pedagogiek.

Met de bovenstaande recaputilatie van de conferentie  voor leraren van scholen van de Stichting Katholiek Onderwijs St. Maarten hoop ik dat alle opvoeders geïnspireerd worden om continu te reflecteren op hun pedagogische aanpak en de emotionele effecten van de onjuiste aanpak op kinderen op een lange termijn in acht te nemen. Een negatieve reactie op ongewenst gedrag kan toenemen met als gevolg een beschadiging van de psyche van de mens. Negatieve acties, reacties en creaties beschadigen. Oefen de vaardigheid van reflecteren en maak de keuze voor positieve inspiratie en waardige discipline. Het garandeert zelfvertrouwen,  eigenwaarde en zelfredzaamheid. Mijn boodschap aan leraren is “Geef aan anderen wat jij voor jezelf wilt”. Als een kind een uitdaging of aanpassing in aanpak nodig heeft, doe dat. Je helpt daardoor ‘levens’ transformeren.

Neem voor meer informatie over de omgang met kinderen een duik in het boek van Max van Manen, ‘Pedagogisch Tact’ waarin de relatie kind en leraar een helder beeld geeft van ‘Weten wat je moet doen als je niet weet wat je moet doen’. Het geeft volwassenen, ouders, leraren en jeugdleiders gepaste inzichten hoe te handelen met tact en bedachtzaamheid.

 


Comments

Popular posts from this blog

Wens voor de feestdagen, bezinning, en een stimulans voor filantropie

Why focus on homework and not promote play? Part 2